woensdag 2 mei 2012

Januari Rivier


Klinkt niet zo exotisch als Rio de Janeiro en het is maar wat je onder exotisch verstaat... een heleboel felgekleurde auto's of mensen in felgekleurde strandkleding of palmbomen met gele stranden. Nee...het aanzicht van de stad, dat maakt het min of meer exotisch. Het overheersende suikerbrood met z'n kabelbaan en het grote Christusbeeld, hoog boven de stad uitreikend en niet te vergeten de baai met al z'n bergen en vele suikerbroodjes, daartussen de grote stranden. Dat is Rio de Janeiro! Toch is het aangezicht als je tegen het ochtendgloren komt aanvaren het mooist, je ziet alleen maar lampjes en die waaieren vanuit de heuvels naar beneden, de rest is nog niet zichtbaar.

Een stad met 10 miljoen inwoners, uitgevoerd als racecircuit en voorzien van vele skyscrapers met daartussen de vervallen oude wijken uit de Portugese tijd en de vele monumentale kerken. Deze kerken en kathedralen staan regelmatig tussen de hoge gebouwen ingeklemd, voor ons een referentiepunt op de kaart. Vind je weg maar eens in zo'n grote stad in een paar dagen. In het begin zat dat ons niet mee, te weinig referenties en dat leidde tot onnodig veel lopen. Zonder kaartje lijkt alles op elkaar en drie maal vragen leidt tot drie verschillende richtingen!! Dat is om het gemakkelijk te maken pfff. Uiteindelijk de goede bus 107 voor de terugweg gevonden. Tuurlijk stonden we er vlak bij, maar ja!

Met een bus rijden is een belevenis op zich. Een half uurtje lekker crossen is niet duur, voor € 1.5 ben je helemaal gebrainwashed, een psychiater kost meer. Wel met twee handen vasthouden! Het gaat echt zo hard mogelijk en het liefst met twee wielen door de bocht. Plankgas en op het laatst vol in de remmen en drie banen opschuiven om een klantje op te pikken. Gaaf.. en alles gaat nog goed ook. Ze toeteren zelfs niet zo veel!

Met de fiets door de stad rijden, dat is pas lef hebben en dat deden wij natuurlijk. Eerst langs de grote stranden met de bekende namen Copacabana en Ipanema. Hier hebben ze fietspaden aangelegd en op enkele voetgangers en werkkarren na, gaf dat weinig problemen. De aanblik daar is fascinerend. Bejaarden joggend met een stringetje om de kont en een bloeddruk meter om de arm. Als de doctor moet komen kan die de waarden zo aflezen. Ja, dat is hier cool!
Gelukkig zijn er jongere modellen en zo valt er veel te zien. Hele stukken strand zijn afgezet voor de volley- en voetballers. Eén ding mag hier niet in Brazil en das in je blootje lopen, verder zijn er geen kledingvoorschriften. Hier kan een creatieve geest veel mee beginnen.

Na het strand moesten we met de fiets terug door de stad, niet zo eenvoudig. De meeste voertuigen rijden je liever plat en er zijn heeeel veel kruispunten waar we moeten oversteken en dat is pas link! Met zweet op het voorhoofd en een chagrijnige kop komen we terug op het vertrekpunt. Zo dat is mooi geweest, morgen demonteer ik de fietsen weer, één keer is genoeg.

We liggen met de boot voor anker in een klein baaitje nabij Urca en wel voor een strandje, pal onder het suikerbrood en ook onder de aanvliegroute van het vliegveld. Vooral s ‘morgens kwamen er vele brullend gas gevend met een scherpe bocht over de baai. Sommige haalden de bocht niet en hadden een doorstart. Het is leuk als je over Jezus kunt scheren, maar je moet wel zorgen dat je op het vliegveld uitkomt.

Dagelijks roeien we naar de kant, daar zijn de winkeltjes en de bushalte. Alles op meters afstand. Bijbootje eerst goed vast (lees: aan de ketting) leggen en zonder motor, want wat er niet aanzit, kan ook niet worden gejat. We hebben een geweldig uitzicht naar alle kanten, maar....wat is dat water hier vies! We durven er echt niet in te poedelen en zeker niet zwemmen. Elke keer spoelen we de voeten en zo af, maar het ergste is dat ons onderwater schip in no-time aangroeit. In een week tijd is het al meer dan twee centimeter. Een stinkende laag schelpen met andere viezigheid, het riekt naar een rioolput. Alles zit eronder, zelfs binnen in de zwaardkast. Tot nu toe groeide daar niets omdat het er donker is, maar nu... Probeer dat maar weer eens schoon te krijgen. Dat wordt heel veel keertjes je adem in houden vrees ik.

Het Suikerbrood kan in twee stations bereikt worden. Wij wandelen en klimmen naar het eerste station, van daaruit hebben we ook een geweldig uitzicht over de stad met z'n baaien. Wil je boven op het Suikerbrood staan, dan moet je diep in de buidel tasten, evenzo voor een bezoekje naar het Christusbeeld ook dat kost in elk geval € 25,-pp, dus wij nemen genoegen met het tussenstation en dat is ook mooi. Hier zien we weer een ander soort makaak-aapje, klein koppie met pluisoren.

Ondertussen wordt het tijd verder te trekken en voor de derde keer gaan we de officiële instanties bij langs. Dat kost je elke keer een halve dag. Een permit voor binnenkomst, een verlenging met 90 dagen en een permit voor afvaart. We zijn er maar druk mee, lang wachten op een stempeltje. Ze weten nog steeds niet goed raad met de zeilboten, vragen naar kapiteinspapieren (grote vaart). Nee...wij zijn een kleine boot en Oh...en ze gaan weer terug en komen een kwartier later nog eens of we 1 of 2 boten zijn, 2 dus, nog een kwartier later......, waar we dan heen gaan... en nog een kwartier later.....de stempel en we kunnen gaan.

Die middag gaan we anker op, varen naar Niteroi, tanken bij Petrobras diesel en varen door naar de haven van Suzy. In deze haven tanken we water, maken nog een praatje met lieve Suzy en gaan aldaar ten anker. Om vier uur in de ochtend gaan we weer anker op, schudden "de" en "het" shit van de ankerketting. In het donker varen we de Januari baai uit, op weg naar Ilha Grande. De mooiste regio van Brazilië naar het schijnt...we laten ons verrassen.

Foto: 1-onze baai 2-Christus waakt over Rio 3-suikerbrood 4-Ipanema Praia 5- Copacabana Praia 6-Referentiepunt 7-ook dit is Rio