dinsdag 21 februari 2017

Draken, blauwvoeten en duizenden drijvende eilanden.


La Paz ligt achter ons. We zijn onderweg naar het zuiden van Mexico. Vele mijlen moeten er afgelegd worden, gelukkig niet in één ruk. Het is zo gezegd een kustreis met vele mogelijkheden om onderweg even te stoppen.

Onze eerste stop is meteen een bijzondere. Het vogel eiland Isabel wordt niet door mensen bewoond maar des te meer door vogels. Blauwvoet , Bruine Boobies en Fregatvogels. De één is nog fraaier uitgedost dan de andere. De blauwvoeters hebben niet alleen blauwe voeten, maar ze dansen er ook nog mee. Het is de bronstijd en er wordt volop gedanst en gesnaveld…, er wordt heel wat af geflirt.

De Fregatvogels doen dat anders. Die flirten door zichzelf op te blazen. Niet hun hele lijf, alleen hun rode keel. Het zit wat ongemakkelijk, maar het valt wel op. Zij moeten in de lage bomen nestelen om weg te kunnen vliegen. Op de grond wachten de eerste draken (Iguana’s) op wat naar beneden komt vallen. Wel handig van ze.

Twee dagen genieten we weer van moeder natuur, dan wordt het tijd voor La Cruz de Huancaxtle. Het weer wordt ook anders, meer tropisch en minder wind. De laatste springende grijze walvissen laten we achter ons. Na twee dagen motoren verenigen we ons weer met Orca. Samen met Ann en Udo drinken we biertjes op de vele terrasjes en doen de boodschappen die nooit voldoende blijken te zijn. Naast één van onze terrasjes staat een paar bomen waar grote ‘draken’ in wonen. Anderhalve meter lang zijn ze, fel gekleurd en soms razend snel. Ja razend snel over kleine boomtakjes. Normaal eten die draken fruit en groenvoer, maar we zagen er eentje een kleine groene Iguana op peuzelen….zo maar, hap sloek weg was die.

Samen met de Orca varen we langs de Riviera van Mexico van de ene plaats naar de andere met veel stranden en palmbomen en plaatsen met moeilijk uitspreekbare namen zoals Zihuatanejo. Voor ons is het behoorlijk druk met Amerikanen en Canadezen. Zij hebben de kustlijn in zekere mate over genomen en niet altijd ten goede. Het zijn er te veel. Misschien te vergelijken met de Costa del Sol in Spanje….een soort invasie.

Het is keer op keer verbazingwekkend hoeveel afval er overal ligt en hoezeer gebouwen, eigenlijk alle gebouwen, in verval zijn. Schijnbaar kan het de Mexicaan niet veel schelen. Ze doen aan basis levensonderhoud en verder niet zo veel. Men is erg vriendelijk en je voelt weinig spanning of gevaar. De plaatselijke markten zijn werkelijk keer op keer een waar feest. Zoveel drukte, zoveel kleuren en zoveel geuren. Geuren van groente en fruit, rijp fruit wel te verstaan, maar de weeïge geur van vlees en dode kippen, die grijpen je het meest aan. Meestal lopen we maar door, toch moet er vlees komen en Ann en Trees gaan dan op zoek naar een stuk vlees wat wij ook lekker vinden en dat is niet zo gemakkelijk. Wat mooi lijkt blijkt nog al eens taai te zijn. Kip is veilig en een gegrild kippetje is zo meegenomen en kost geen drol.

Voordat we in zuid Mexico kunnen uitklaren moeten we nog een lastige baai oversteken. Een baai die Tehuantepec heet en waar regelmatig zware stormen voorkomen met vervelende hoge golven. Het is weer een kwestie van timing en snelheid, want wachten op drie dagen de goede wind dat gaat niet lukken. Een halve dag is al veel. Gewoon Deer John bij en door kachelen.

De natuur laat zich hier keer op keer van haar beste kant zien. Walvissen zijn er nog steeds, maar nu heten ze Bultruggen. Dolfijnen komen met tientallen , soms met honderden tegelijk met ons spelen. Zij springen en dartelen in het rond, vaak meters hoog uit het water en verdringen zich daarna voor de boeg van SantanA.

In de baai van Tehuantepec krijgen we te maken met een nieuw fenomeen. Drijvende eilanden, het zijn er wel honderden. Regelmatig schampen we zo’n eilandje en wij denken dan dat ze boos naar ons kijken. Nu is er zoveel ruimte en moeten jullie mij nou zo aan het schrikken maken. Er gebeurt niet veel maar de schildpad moet weer peddelen , helemaal uit zijn ritme en evenwicht gehaald. Het zijn er ook zoveel en nog al eens voorzien van een vogel, die zo’n drijvend eilandje gebruikt als landingsplaats.

Onze laatste landingsplaats in Mexico wordt Puerto Madero, Marina Chiapas, waar we uitklaren en ons klaar maken voor Panama, 750 mijl verder op.

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten